|
||||||||||
Crypte
Onder de kapel bevindt zich de crypte welke is ingericht als stilte centrum. Op de foto is links in de achterwand de gedenksteen / grafsteen te zien die geplaatst is ter herinnering aan de heer en mevrouw Caesar die hier beide begraven zijn. De glasplaat op de voorgrond is tijdens de restauratie van de kapel geplaatst en is voorzien van de tekst van het Zonnelied van Franciscus van Assisi. Hier volgt het loflied van de schepselen, in Nederland beter bekend als Het Zonnelied, dat de Heilige Franciscus tot lof en eer van God gemaakt heeft, toen hij ziek lag in San Damiano. Allerhoogste, almachtige, goede Heer, u komt de lof toe, de roem, de eer en alle zegen. U alleen, die de hoogste bent, komen zij toe, en er is niemand die waardig is, uw naam te noemen. Geprezen moet u zijn, mijn Heer, met al uw schepselen, en vooral ook heer Broeder Zon, die de dag zelf is en door wie u ons verlicht. En hij is zo prachtig, zoals hij schittert met lichtende stralen, van u, allerhoogste, draagt hij het heerlijke teken. Geprezen moet u zijn, mijn Heer, door Zuster Maan en de sterren, die u aan de hemel hebt gemaakt, als kostbare lichten van verre. Geprezen moet u zijn, mijn Heer, door Broeder Wind, door de lucht vol wolken, die ook weer op kan klaren, door de wisseling van weer, waar uw schepselen wel bij varen. Geprezen moet u zijn, mijn Heer, door Zuster Water, die zo nuttig is, zo nederig, zo kostbaar en kuis. Geprezen moet u zijn, mijn Heer, door Broeder Vuur, door wie u de nacht verlicht, en hij is zo prachtig en speels, zo stoer en zo krachtig. Geprezen moet u zijn, mijn Heer, door onze zuster Moeder Aarde, die ons wil voeden en behoeden, die allerlei vruchten voortbrengt en kruiden en bonte bloemen. Geprezen moet u zijn, mijn Heer, door hen die vergeven om uwentwil en die ziekten en tegenspoed verdragen. Gelukkig zijn zij die dit dragen in vrede, want u, allerhoogste, zult hen belonen. Geprezen moet u zijn, mijn Heer, door onze zuster de Lichamelijke Dood, aan wie geen levend wezen kan ontkomen. Wee degenen die sterven in een toestand van doodzonde; gelukkig zijn zij die de dood aantreft in overeenstemming met uw heilige wil, want de tweede dood zal hen niet deren. Laat ieder mijn Heer prijzen en zegenen, Hem danken en dienen met grote nederigheid. Bron: http://www.literatuurgeschiedenis.nl Bijzetting familie Caesar
Een mooie wintermorgen. Fraai steekt de toren van het aloude Caesarea zich af tegen een azuur blauwe lucht. Een klein, select gezelschap genodigden ziet tussen de bomen door een grijze lijkwagen de oprijlaan aan de Hoenderloseweg inrijden. Een plechtig moment, maar evenzeer een moment van blijdschap. Want in de auto liggen geborgen de stoffelijke resten van de heer en mevrouw Caesar - stichters van het gebouw - die dadelijk zullen worden bijgezet in de crypte van de kapel, op de oorspronkelijke plek waar zij na hun overlijden destijds hun rustplaats vonden.
Toen de Apeldoornse zakenlieden Willem en Ap Goudkuil het gebouw Caesarea in 1995 kochten waren zij echter van mening dat deze historische misser moest worden hersteld. Willem en Sonja Goudkuil hebben samen met Jan Ellenbroek, een goede bekende van de familie, zich hier enorm voor ingezet. Op het eind van het lange traject kregen zij assistentie van nog enkele andere relaties. Na tal van praktische bezwaren te hebben overwonnen kon op deze bijzondere dag met gemeentelijke toestemming de thuiskomst van de familie Caesar worden gevierd. In het stiltecentrum van de fraai gerestaureerde kapel hield Piet van Mulkom, de laatste directeur uit het tijdperk dat de bedrijfsvoering door nonnen werd verricht, een toespraak en hij toonde zich blij en opgetogen met de thuiskomst. In dezelfde goedgeluimdheid werden woorden gesproken door twee Franciscanessen van Veghel, de Orde die daar in de bossen van 1923 tot 1973 heeft gezorgd voor de zwakkeren in de samenleving. De zusters Macaria en Ludwina waren hiervoor speciaal naar Ugchelen gekomen. Zij plaatsten één voor één de bloemen uit een boeket zijden zonnebloemen in een vaas die stond aan de voet van de baar. Zonnebloemen zijn het symbool van de Orde. Nadat de laatste woorden waren gesproken is de kist teruggezet op de rechtmatige plaats. Na enige ogenblikken stilte is de oude wandplaat, met ingegraveerde tekst, weer voor de crypte geschroefd. Na afloop heeft het gezelschap gezamenlijk een glaasje gedronken op de goede afloop. Bij iedereen heerste een gevoel van dankbaarheid en voldoening. Voor Willem en Sonja Goudkuil betekende deze terugzetting uiteindelijk de kroon op het werk. Frits en zijn vrouw zijn weer thuis, in Ugchelen. Tekst: Peter Otterloo. Uit De Bron van 25 februari 2009. |
|
|||||||||||
|